Santa Cruz: On the road again

Curacao

Onderweg naar Santa Cruz, Curacao

Jaaaaaa we zijn weer onderweg. Vanmorgen vroeg sta ik op met een beetje een raar gevoel, een soort van kriebels in mijn buik. Het is weer spannend. Vandaag gaat het anker op na een lange periode van stil liggen. We gaan verder naar het westen… Nog even de laatste voorbereidingen voor vertrek. Check, check, dubbel check. Bijboot aan dek, zeilen klaar, alles slingervast? Als we omhoog kijken zit er een val niet goed. Sjips, moet ik de mast ook nog in. Ochtendgymnastiek op de vroege morgen! Dat valt niet mee. Maar precies om tien uur zijn we klaar en halen we het anker op. De voorburen die veels te dicht recht voor ons geankerd liggen maken de weg vrij en wij trekken de ketting binnen. Wat een prut aan de ankerketting. Niet normaal, dat poetsen we er in een later baaitje wel weer af. Nu willen weg. We varen via het Spaanse water en de geul naar buiten en rollen het zeil uit. de motor kan weer uit. Met zo’n 20 knopen voor de wind vliegen we naar het westen. Genieten. We zeilen lekker dicht langs de kust. Na de Piscadera baai is alles (vanaf het water) nieuw voor ons. De zeiltocht is zo super relaxed dat ik onderweg zelfs twee bruine broodjes bak. En de vislijn staat uit.

Rond 15.00 uur lopen we de baai bij Santa Cruz -de fluitgrot- aan de Westkant van Curacao binnen. De Bella Ciao ligt er al en de Indra ligt er achter. Op de kop staat een flinke wind en er is wat swell. Maar we hebben er geen last van zo lang het lekker waait. Eenmaal voor anker in de baai spring ik snel overboord. Oef wat lekker. Eindelijk weer in helder water zwemmen & snorkelen. Dat heb ik gemist. Ik check meteen het anker en daarna zwem ik nog even naar de Bella Ciao. Dit is de slagroom op een mooie zeiltocht voor de wind.

Catch of the day: een grote plastic zak. No fish… De Caribische zee is weer een stukje plastic armer!

De lagers van de ankerlier vervangen met een keilbout

Het ankerlier heeft het zwaar te verduren op het voordek met al het overkomende zoute water. Niet echt de ideale omstandigheden voor metalen onderdelen. Het is toch wel een essentieel stukje mechaniek aan boord dat we koesteren, aangezien we de meeste tijd voor anker liggen en hij ons het veel werk uit handen neemt bij vooral het ophalen van het anker. Je zal maar 40 meter ketting en 30 kilo anker moeten ophalen met de hand… Nee we zijn verwend door onze Seawolf ankerlier!

In Bequia heeft ie al een keer de geest gegeven en toen heeft Ben de nodige lagers vervangen en het ankerlier schoongemaakt. Nu is het tijd voor een grote beurt. Maar hoe vervang je lagers als je geen pullitrekker hebt? Ben heeft hiervoor een constructie bedacht met een keilbout en onderstaande fotorapportage laat zien hoe het werkt.

 

Jikes, het stikt hier van de vliegen en muggen

VLIEGEN....

VLIEGEN….

Sinds we op de kant staan worden we geplaagd door hordes vliegen. Het is duidelijk vliegenseizoen op Curaçao en dat wordt nog eens extra versterkt doordat het vuil en de dode dieren op de vuilstortplaats niet worden afgedekt. Een restaurant heeft zelfs de keuken gesloten vanwege de vele vliegen en Selikor, het afvalverwekingsbedrijf, een proces aangedaan. Ze hebben drones ingezet om beelden te maken van de vuilstortplaats en de rechter heeft er zelfs een kijkje genomen. Daarnaast zit hier om de hoek van de marina een abortoir, dus dat helpt waarschijnlijk ook niet mee.

En in de avond en vroege ochtend maken de vliegen plaats voor irritante zoemende en stekende muggen. Ik heb tegenwoordig ondanks de warmte standaard een t-shirt met lange mouwen, sokken en een jogging broek aan. gebrek aan hulpmiddelen hebben we ook niet op de Blabberboot, we hebben reeds aan boord;

  • Een ouderwetse vliegenmepper en plakrol (ja ik heb er al ingehangen met mijn haar)
  • Een elektrisch tennisracket
  • Citronella kaarsjes
  • een wierrookspiraal
  • Een ventilator op de hoogste stand
  • Horren over elk raam
  • En DEET, heel veel DEET….

Maar niets mag baten, we worden tijdens de nacht helemaal lek gestoken, grrr. Nou kan ik van dode vliegen nog kunst maken, maar wat doe je met muggen?

Een gasfles vullen doe je bij Muizenberg

Op Curaçao kun je je (Europese) gasfles maar op 1 plek laten vullen en dat is bij tankstation Muizenberg, aan de noordkant van de stad. Voor ons een heel eind uit de richting, omdat we geen auto hebben. Je brengt de fles weg, betaald in het kantoor voor BBQ (zo noemen ze hier de fles die wij hebben)  en drie dagen later kun je ze gevuld weer op halen. Omdat we geen auto hebben, halen we de flessen op met het openbaar vervoer, de bus. Een hele onderneming, maar het is mogelijk. We gaan met de dinghy naar de kant, leggen deze vast aan de dinghy dock bij de visserij haven / Norman’s en lopen naar de bushalte. De bus komt ongeveer 1X per uur. We rijden naar het centrum, Punda en lopen dan over de Pondjesbrug naar het andere busstation, Otrabanda (letterlijk de andere kant) om het busje naar Muizenberg te pakken. Het wachten op de bus duurt lang, we zijn zelfs bang dat we de bus gemist hebben, want de tijd uit het schema is allang voorbij. De dame in het informatiehokje snapt het ook niet en ze roept de buschauffeur op via de VHF. De buschauffeuse heeft vertraging opgelopen van wel een uur!!! Maar ze komt er aan en een paar minuten later kunnen we verder met onze tocht naar Muizenberg. We vragen de buschauffeuse om ons een seintje te geven als we in de buurt zijn van het busstation.

Ze stopt op een plek die we niet kennen en verteld ons dat we het verlaten zandpaadje moeten nemen… En inderdaad aan het einde van het verlaten zandpad is het tankstation en staan de flessen klaar! We stoppen ze in onze Ikea tassen.

Terug lopen naar de rondweg is een optie, maar liften is veel makkelijker, dus Ben vraagt een man bij het pompstation waar hij heen moet. Eigenlijk de hele andere kant op, maar hij wil ons wel naar de rondweg brengen waar de kleine taxi busjes langskomen. Geweldig. Flessen achterin en we stappen in de oude vale rode auto. We krijgen vervolgens een heel geanimeerd gesprek over de puberende dochter van de man. Hij vind het zo gezellig dat hij ons wel een stukje verder brengt dan de rondweg. En voor we het doorhebben brengt hij ons helemaal naar Normans, voor de deur! Hij moet toch wachten tot zijn dochter uit school komt en hij vond het wel gezellig!

Hergebruik van materialen op Curaçao

Knuku huisje op Curacao

Knuku huisje op Curacao

Wat we zo leuk vinden om te zien, is het hergebruik van materialen op Curaçao. Je ziet dat o.a. terug in de Kas di Kunuku, de plattelandshuisjes en voormalige slaven huisjes. Traditioneel werden ze gemaakt van leem op een vlechtwerk van takken met een dak van mais- en/of rietstengels. Toen Shell begin 1900 zijn intrede deed met de olieraffinaderij werden voor de wanden ook geplette olieblikken en voor de daken geplet blikwerk en gegolfd plaatijzer gebruikt. En men gebruikte ook het hout dat als verpakking was gebruikt voor het transport van goederen over zee voor huizen.

De zeecontainers zwerven ook in allerlei varianten op het eiland; als opbergruimte, schuur, winkel, restaurant en zelfs als tijdelijke opslagplaats voor vuurwerk. En de deksel van het olievat vind je terug in een verkeersbord! Zo maar een paar mooie voorbeelden van hergebruik. Bij schaarste gebruikt men vooral materiaal dat wel aanwezig is en geeft het een nieuwe bestemming. Mooi!

We hebben de bus van Vreugdenhil gemist

De Spar op Curacao

De Spar op Curacao

Elke morgen rijden er busjes van de supermarkt Vreugdenhil (Spar) van- en naar de verschillende havens en resorts. Bij het Spaanse Water kun je op twee plekken opstappen; bij de haven Kimakalki om kwart voor negen of bij Normans/de visserij haven om kwart voor 10. Onze voorkeur gaat uit naar de eerste omdat we dan ten minste droog overkomen. Bij Norman’s moeten we terug naar de boot in vak B altijd tegen de wind in varen en worden we zeiknat (want er staat altijd wind!!)… Dus we staan een uurtje eerder op en melden ons om kwart voor negen bij de Kimakalki haven. Eenmaal bij de Spar heb je een uurtje om je boodschappen te doen.

Vandaag staat het nieuwe zonnepaneel op ons verlanglijstje. Vlak naast Vreugdenhil zit namelijk ook de Budget Marine en Island Waterworld, de twee grote watersportzaken in de Caribbean. Eenmaal voorzien van het zonnepaneel lopen we terug naar de Spar voor de nodige boodschappen en internetten we nog even. Ik vergeet de tijd en we zijn te laat terug bij het busje… ze zijn zonder ons vertrokken! Dit is toch wel de slechtste dag voor ons om het busje te missen. Het nieuwe zonnepaneel is namelijk 1 meter bij 50 centimeter. Niet echt een voorwerp waarmee je een half uur langs de weg in de bloedhitte wilt lopen zeulen. Gelukkig staat er nog een ander kleiner busje van Vreugdenhil op het terrein. Hij moet eerst even wat wegbrengen en als we er nog staan als hij terug komt wil hij ons wel terug brengen. Super, een back up plan en nu maar wachten op de grote airco bus die zonder ons weggereden is. Een half uurtje later komt hij alsnog aanrijden… (met de zeilers die bij Norman’s instappen). Hij neemt ons ondanks dat we te laat waren mee! We rijden eerst even naar Van der Valk en nog een paar andere resorts, pikken op de terugweg de zeilers voor Norman’s  weer op en daarna zet hij ons netjes af voor de deur bij de Kimakalki haven. Wat een service! Masha danki!

Museum Kura Hulanda

In het Kura Hulanda museum krijgen we een beter beeld van de driehoekshandel die er gedreven werd in de zeventiende en achttiende eeuw tussen Nederland, Afrika en de Caribbean. Vanuit Nederland vertrokken schepen beladen met wapens, buskruit, drank en textiel richting West Afrika. Daar werden de goederen geruild tegen mensen die gevangen genomen waren en werden aangeboden als slaaf. Deze mensen werden als lading aan boord van de schepen onderdeks gepropt (zie foto). De omstandigheden waren zeer slecht en miljoenen slaven hebben de overkant niet gehaald.

Ze werden vervolgens verscheept naar de slavenmarkten op Curaçao, Sint Eustatius en Suriname. Daar moesten de slaven eerst aansterken na de lange en zware tocht over zee voor ze werden doorverkocht om op de suiker-, koffie-, katoen-, zout-, cacao- of tabaksplantags te werken. Deze producten waren een luxe product en erg gewild in Nederland en werden door de schepen weer mee terug genomen naar Europa. Er zijn ongeveer 12 miljoen mannen, vrouwen en kinderen verscheept. Ze komen voornamelijk uit het gebied tussen Angola en Senegal.

Bizar als je er bij stilstaat… Wij hebben er vrijwillig voor gekozen om de wereld te verkennen per zeilboot. Deze mensen hadden waarschijnlijk nog nooit de zee gezien, werden op een boot gedwongen, moesten onder erbarmelijke omstandigheden een lange zeetocht ondergaan en kwamen dan aan in een land waar ze hun eigen taal niet meer mochten spreken en zelfs niet eens meer hun eigen naam / identiteit mochten behouden. Ze hadden niets meer te zeggen over hun eigen leven. Om over de vernederende, vernietigende straffen maar niet te spreken. Ze werden behandeld als product, handelswaar…. niet als mens!

Tip van Blabber: Pika, een heerlijke hete saus uit Curacao

Houd je van pittig en een lekkere saus bij je eten? Dan moet je Pika eens proberen. De lokale saus van Curaçao, die bij te veel je mond uitbrand door de vele Scotch Bonnet pepertjes die er in zitten.

Ingrediënten

  • 1 grote rode ui, fijn gesneden (ongeveer 1 1/2 cup)
  • 1 Scotch Bonnet peper, met zaadjes en dun gesneden (voor een pittigere saus, laat je de zaadjes er in zitten)
  • 1 1/2 cup Gedestilleerde witte azijn
  • 4 theelepeltjes zout

Bereidingswijze:
Doe de ui, de peper, azijn en het zout in een grote bak met een zeer goed afsluitbare dop en dan schudden maar! Schud tot het zout is opgelost. Deze saus moet minimaal 24 uur ‘rijpen’. Het liefste zelfs 2 tot 3 dagen. Pika is enkele maanden houdbaar op kamertemperatuur (dit komt natuurlijk door de azijn).

N-joy, maar houd er rekening mee dat dit echt HEET is!!!!

Boekentip: Het Negerboek van Lawrence Hill

In een adem uit!

In een adem uit!

En zo nu en dan lezen we ook nog een boek. Dit boek is een aanrader. Het Negerboek volgt het levensverhaal van Aminata Diallo. Zij wordt als kind gevangen genomen en weggerukt bij haar familie en dorp en verscheept naar Amerika op een slavenschip. In het boek volg je haar leven vanaf dit moment tot haar overlijden en wat er tussendoor allemaal gebeurd ga ik niet verklappen. Ik heb het in een adem uitgelezen en het geeft goed inzicht in de slaventijd voor zover dat mogelijk is.

Batido: Vitamine bommetjes op straat

Doe mij maar een Tutti Frutti!

Doe mij maar een Tutti Frutti!

Een heerlijk fenomeen in Curaçao zijn de kleurrijke Batido kraampjes op straat. Hier maken ze de lekkerste smoothies met vers fruit. Je kunt o.a. kiezen uit zuurzak, mango, aardbeien en nog veel meer. En als je niet kunt kiezen neem je toch gewoon de tutti frutti mix. Je krijgt dan een beetje van alles wat. Alles gaat de blender met wat ijs, suiker en melk er bij. En daarna kunnen we ze lekker opslurpen met een rietje. Als je bij het wagentje blijft staan wordt de beker helemaal leeggeschonken!

Terwijl ik er sta te wachten op mijn tuttie futti mix krijg ik ook een klein lesje Papiaments… Als ik het goed begrepen heb, besteld een mevrouw een Pastechi kershi…. Tot grote hilariteit van een paar andere vrouwen… ze besteld namelijk een broodje urine i.p.v. kechi (kaas)!