De hele nacht zien we lichtjes aan de horizon. ’s Morgens bij zonsopgang zien we eindelijk land. Een prachtig heuvellandschap in meerdere lagen gehuld in ochtendnevel. Terwijl we de kust naderen ruiken we het land, een combinatie van fris, aarde en vuur. Het is bijna laag water. De ingang van Luperon is volgens de boeken een beetje lastig, vanwege een paar ondieptes. Ze raden in ieder geval aan voor tien uur in de ochtend aan te komen, maar dat heeft vooral te maken met het feit dat na tien uur de tradewind op steekt. Wij hebben wederom een windstille dag en er komt alleen een frisse bries uit de bergen. We gebruiken de waypoints uit het boek van Bruce van Sant en de comments uit Active Captain. Als we de smalle ingang tussen de riffen naderen en de diepte meter rap rerug loopt zien we boeien! Dat maakt het een stuk makkelijker.
We slingeren tussen de boeien naar de haven. Aan stuurboordzijde halen vissertjes de dagvangst binnen. Langzaam naderen we de behoorlijk drukke ankerplek. Er heerst een serene rust. Het drijvende dorp moet nog ontwaken. Als we tussen de moorings een plekje zoeken komt Paco naar ons toevaren. “A mooring is 2 $ a day” zegt hij in het engels, terwijl hij een A-viertje met zijn andere diensten in onze handen drukt. Het aanbod is zeer aantrekkelijk, maar wij vertrouwen ons Rocna anker meer en er is voldoende ruimte om te ankeren. Lo siento. Wat later meldt ook Handy Andy zich, de andere boatboy van Luperon met een A-viertje.
En dan liggen we achter ons anker in de Dominicaanse Republiek! We worden omgeven door groene bergen. De tocht was super relaxt. En omdat het zo rustig was is zelfs de boot nog netjes. Het is nog steeds rustig in de baai, we horen alleen maar vogeltjes kwetteren.
Inklaren
We wachten een uurtje om te kijken of er iemand naar ons toekomt en varen dan naar de kant om in te klaren. Het Town Dock is aan een kant ingestort. Alsof er iemand tegen aan gevaren is. Via de kade lopen we richting het stadje Luperon. Aan het einde van de kade staan aan de rechterkant de gebouwen van de Immigratie, Douane, Port Captain en Agriculture. Daar moeten we eerst langs voor we door de slagboom kunnen die de weg naar Luperon blokkeert. Overal hangen, zitten, staan mannen. Vrij casual gekleed. Aan de petjes kunnen we zien waar ze van zijn. De eerste meldt zich. Hij blijkt van immigratie.
Terwijl Hedda en Walewijn binnen de papieren invullen worden wij benaderd door een man met een G4S logo. We moeten een toeristenkaart kopen a 10 $ per stuk. Beetje vreemd, want dit is voornamelijk voor toeristen die via het vliegtuig binnenkomen. Maar zolang wij die kaart niet kopen, doet de man van immigratie niets. Huh? Op een van de gebouwen hangt een bord met de prijzen en dit staat er ook tussen. We betalen en krijgen een lullig klein papiertje als bewijs, dat we volgens de man altijd bij ons moeten houden.
Uiteindelijk betalen we totaal 140 $ voor het inklaren:
- 90 $ voor immigration
- 10 $ voor de Port Captain (entree van de baai)
- 20 $ toeristenkaart van G4S (10 p.p.)
- 20 $ Agricultura
- Bij de Aduana hoeven we niets te betaken.
We mogen door de slagboom! Maar niet voordat we de Guarda en M2 op onze boot hebben laten snuffelen. Ze wachten op ons. Vier mannen komen in het houten bootje van Handy Andy aanvaren. Maar een man is herkenbaar aan zijn gevechtstenue, de Commandante. Twee zijn van de M2 staat op het petje en de vierde weten we niet. Ze nemen allemaal plaats in onze kuip en maken onderling veel grappen, vooral over mujeres. Ze vragen naar onze paspoorten en papieren. Van de paspoorten wordt met een GSM foto’s gemaakt. De Commandante vult ondertussen een formulier in. “Where is your Dominican Republic flag?” Ehhh, ik sta met mijn mond vol tanden, deze vraag heb ik in bijna vijf jaar nog nooit gehad. “I’m still working on it” beantwoord ik zijn vraag. “When is it ready?” Ik wil eigenlijk zeggen “ahorita”, het woordje dat de dominico’s gebruiken voor later, maar ik durf niet en zeg ahora (morgen). Hij wilde vast Handy Andy helpen, die verkoopt namelijk vlaggen. “The Navy service is free, but a gift is welcome” vertelt de M2 man als ze klaar zijn. Dat komt mooi uit, want geld hebben we niet meer na het inklaren. ‘Cerveza?’ Dat willen de mannen wel. De mannen nemen de blikjes bier mee voor thuis en gaan naar de volgende boot. Yes, we zijn legaal en goedgekeurd in de Dominicaanse Republiek. Salute!