Door The Gap naar Crawl Cay, Bocas Del Toro

The Gap ziet er boven water minder gevaarlijk uit dan het klinkt

The Gap ziet er boven water minder gevaarlijk uit dan het klinkt

Het is een mooie dag voor een vervolgtocht door ‘The Gap’. Het weer blijft droog, zon en bewolking wisselen elkaar af. Er staat geen wind, dus het wordt weer een dagje motoren. Daarom laten we de bimini hangen, blijven we nog een beetje beschermd tegen de felle zon tijdens het varen. En … ik durf het bijna niet te zeggen, maar de was laten we ook hangen op het voordek. Kan het lekker drogen tijdens het varen. Ik ben bang dat we met vooral de laatste actie onze reputatie als zeilers om zeep hebben geholpen. Voor alles een eerste keer…

Ok terug naar ‘The Gap’. Klinkt wel spannend vinden jullie niet? De ‘Gap’ is een smalle doorgang van Bahia Honda tussen Bastimentos en Cayo Nancy door. We hebben hiervan nog geen track in OpnCPN, dus vandaag gaan we de track zelf maken! Een historische dag 🙂

We worden gevolgd!

We worden gevolgd!

Mobiele eenheid

We halen het anker op en zetten koers richting de doorgang. De laptop, tablet en plotter staan aan:

  • Op de plotter hebben we de kaarten van Navionics
  • Op de tablet staan de kaarten uit Google Earth stand bye
  • Op de laptop gebruiken we de digitale kaarten van Eric Bauhaus

Aangekomen bij de doorgang ga ik naar binnen achter de laptop. Ben stuurt en kijkt mee op de tablet. ‘El Pirata Rudy’ en SY Sylfer volgen ons op de voet. De doorgang is net een slootje. Links en rechts een oever met groen. Vlak water. Er zijjn geen kleurverschillen te onderscheiden. We volgen in de eerste instantie de route (stippellijn in de kaart) van Bauhaus, maar dat is wel erg dicht bij de linkeroever en volgens Google Earth moeten we ook meer naar het midden. We sturen van de Bauhaus stippellijn af. Dat is beter. Met deze correctie komen we niet onder de 4 meter water onder de kiel en is ‘The Gap” een eitje!

Eenmaal door The Gap hebben we nog een uitdaging vandaag. Tussen de vele mangrove eilandjes en ondieptes door naar Crawl Cay, onze eindbestemming. Met het oog kunnen we de kleurverschillen (ondieptes) nog steeds niet goed zien, een groot verschil met de San Blas eilanden. Het water is hier te zanderig door de vele mangrove. We varen voornamelijk op de kaarten en die van Google Earth blijken akelig goed te kloppen. De combi met Bauhaus (voor de diepte) is perfect. We manoeuvreren overal probleemloos tussendoor en laten ons anker vallen voor Crawl Cay. Het is druk op de ankerplaats, er ligt zowaar 1 andere boot voor anker, de Enchantress uit Schotland.

Crawl CayCrawl Cay is een klein eilandje, met een paar eco huisjes, een wc met puts en een bar/restaurant. Het wordt dagelijks bezocht door snelle taxibootjes met toeristen, die na 16 uur weer richting hun verblijfplaats gaan. Er zijn verschillende ondiepe plekken om te snorkelen. Ik pak de witte bal en snorkel vanaf de boot naar de ondiepe linkerkant van het eiland. Het water is helder. Ik heb nog niet eerder zoveel zeekomkommers verspreidt over de bodem gezien: zwarte, bruine met stippen, witte. Bijzonder.

Crawl CayTerug op de boot hoor ik iets zoomen… Wat? Zoeken… Zoeken… Ee vliegt iets ‘zoemends’ in de lucht. Het is een drone. Wahatttt? Er hangt een DRONE boven onze boot. Wow kicken! Die beelden moeten we hebben. Goede reden voor een ‘Sundowner’ bij de bar aan het water, terwijl we de man achter de drone zoeken. Victor is snel gevonden. Hij beloofd wat beelden op te sturen. We wisselen kaartjes uit. Tegen zonsondergang is de bar leeg en we gaan retour boot, terwijl de papegaaien over ons heen fladderen richting Macca bite op Bastimentos.

PS Mocht je de track door The Gap willen hebben, stuur ons dan een berichtje en we sturen je de track die je in OpenCPN kunt laden z.s.m. toe.

Red Frog Marina, Bastimentos, Bocas Del Toro

De toegang tot Red Frog Marina

De toegang tot Red Frog Marina

Ahhh op het VHF Bocas net (kanaal 68 start om 7.45 uur) geven ze voor vandaag 0% regen. Da’s een mooi begin van de dag en goed voor een wandeling naar Red Frog Beach! We pakken de dinghy en tuffen door een opening in de mangrove naar de marina. Eigenlijk mogen we niet via de marina, door het resort, naar Red Frog Beach lopen. Dat is alleen voor gasten in de marina. Bootjes-mensen die buiten geankerd liggen moeten via Palmer Beach aan land gaan. Maar na een beetje geslijm -pllllllease- mogen we toch verder.

Het is nog steeds kerst op het strand

Eeuwige kerst op het strand

Van het resort naar het strand is een verharde weg aangelegd, dwars door de jungle, verdwalen is haast niet mogelijk. Deze keer spotten of horen we geen rode kikkertjes. Wel worden we regelmatig voorbij gesjeesd door een golfkarretje, het vervoer in het resort. Het strand is prachtig. Breed, blauw water en overal staan rieten parasolletjes met daaronder twee ligstoelen. De lucht van zonnebrand komt ons tegemoet. Er zijn ook een paar leuke strandtentjes. Helaas is het vandaag ook een nationale feestdag en mogen ze eigenlijk geen alcohol schenken. Feest en geen biertje? Dat klinkt als een contradictie. Ze omzeilen het door de biertjes in een papieren drinkbeker te schenken. Op het strand wappert de rode vlag. Ze hebben last van een stevige onderstroom. Wij houden het op een strandwandeling.

El pirata en zijn eerste kokosnoot

El pirata en zijn eerste kokosnoot

We zijn onze leatherman en schroevedraaier vergeten. Toch weet Rudy met wat gooi- en smijtwerk de buitenste schil van de kokosnoot los te krijgen. Er zit ontzettend veel sap in. Het vruchtvlees is dun en glibberig. Dit lijkt meer op een pipa (een drink-kokosnoot). Ja ja ook in kokosnoten land zijn er verschillen.

Op de terugweg drinken we nog een biertje bij Castaways, de leuke omgebouwde bootbar met live-muziek en twee verdiepingen in de marina.

Bastimentos, het groene zusje van Isla Colon, Bocas Del Toro

BastimentosOp verkenning! We gaan naar buureiland Bastimentos, een eco-eilandje naast Isla Colon. Het is een piepklein stukje, sterker nog we kunnen het vanaf de ankerplaats zien liggen. We halen het anker op en rollen het voorzeil uit. Het is heerlijk weer en we kunnen tot het kanaal tussen Isla Carenero en Bastimentos zeilen. Het laatste stukje naar Old Banks op Bastimentos doen we op de motor, omdat de wind recht uit het kanaal komt. Voor het dorpje en een resort laten we ons anker vallen op een extreem rustige ankerplaats. Er staat geen golfje. Er is praktisch geen wind en er varen een paar watertaxi’s om ons heen. De totale tocht naar Bastimentos duurt nog geen uur. We zien Bocas Town van hieraf nog steeds liggen! Poehee, dat was weer een beste tocht vandaag…

Elk huisje heeft zijn eigen helling

Elk huisje heeft zijn eigen helling

Het plaatsje Old Banks op Batimentos is totaal anders dan Bocas Town. Rustig. Laid back. Tranquillo. Vanaf de ankerplaats kijken we uit op huizen, hostels, barretjes en restaurants gebouwd op palen boven het water. Er naast vaak een steiger en een kleine helling om de boot op te trekken. Zo heeft de boot/motor geen last van laag water.

De 'hoofdstraat'

De ‘hoofdstraat’

We leggen de dinghy bij een van de restaurantjes aan het water. In het midden van het dorp loopt een wandelpad van betonnen platen, dat de huizen op de heuvel met de huizen aan de kust scheidt. We lopen via dit pad, tussen de kippen door. Auto’s kunnen neit op dit eiland rijden. De eilanden zijn alleen bereikbaar via de watertaxi’s, het vervoermiddel naar de andere eilanden.

BastimentosHet pad loopt langs de totale kust. Linksom lopen we naar The Point, een surfstrandje met een verwaarloosd basketbalterrein en als je naar de opgestapelde wand van geluidsboxen kijkt, een bar. Hier krijgen we voor het eerst marihuana en heroïne aangeboden… “To get a sweeter live”. De enige die hier een beter leven van krijgt is de verkoper! No thanks, zeggen we vriendelijk en lopen door.

Doodlopende weg...

Doodlopende weg…

Van ‘het zoete leven’ aan de eene kant van het stadje belanden we rechtsom onaangekondigd op een kerkhof en staan plotseling tussen de graven. Een wel heel erg letterlijke vertaling van ‘dead end’. Zouden die twee een verband met elkaar hebben?

Vanuit het dorpje gaan twee wegen omhoog, Up the Hill en/of naar Wizard Beach aan de andere kant van het eiland. We proberen Wizard Beach, maar worden halverwege ontmoedigd door glibberige & blubberige paden, een enorme regenbui die het allemaal nog erger maakt en ontzettend sip kijkende surfdudes met blubber tot hun knieën, die ons een-voor-een dit pad afraden.

We hebben de rode kikker gevonden!

We hebben de rode kikker gevonden!

Red Frog
We gaan retour stadje. Een van de attracties op Bastimentos is The Red Frog. Een piepklein rood pijlgifkikkertje. Om dit beestje te vinden, moeten we Up the Hill naar de organische chocolade finca (boerderij). Het pad omhoog is een stuk beter. Het eerste stuk bestaat zelfs nog uit de betonnen platen. Gevolgd door stukken met stenen en hout. Boven op de heuvel horen we ze wel, maar we kunnen de rode kikker nog niet vinden. Als ik er weer eentje hoor, ga ik op het geluid af. Op een boomstam zie ik iets roods, maar ik verwacht dat het een stukje mos is. Ik ga voorzichtig nog wat dichterbij en het blijkt de rode kikker te zijn. Yeah, The Red Frog. We found it! Ik flip helemaal. Hij is inderdaad klein. Zo klein als mijn duimnagel! En ze zijn knal rood. Coca-Cola rood. Zo rood als een aardbei, de auto’s van de brandweer, de oude postbussen van de PTT en de logo’s van Levi’s, Canon, Virgin. Nou ja je begrijpt me. Ze zijn echt knal-ROOD. Het is maar goed dat ze giftig zijn, want rood stimuleert het hongergevoel en ze hebben nou niet bepaald een schutkleur tussen het contrasterende groen.


Daarna volgen er al gauw meer, veel meer. Ze zitten echt overal, zelfs op takken boven ons hoofd en ze kwaken er lustig op los! We zien zelfs gele en groene kikkertjes in de achtertuin van de chocolade finca, terwijl we een glas koude chocolade melk met kokosmelk drinken. Zo gaaf!

Ze hebben net vijf eitjes gekocht en volgen ons op de voet

De meisjes hebben net vijf eitjes gekocht en volgen ons op de voet

Na de wandeltocht hoppen we een baaitje verder naar de ankerplaats voor Red Frog Marina en blijven daar liggen voor de nacht.

Geocachen op Isla Carenero, Bocas Del Toro

Archie the Travelbug in zijn element

Archie the Travelbug in zijn element

Naast Isla Colon ligt een nog kleiner langgerekt eiland, Isla Carenero. Alleen per boot, watertaxi of dinghy bereikbaar. Ik heb gezien dat daar de enige ‘open’ Geochache (schatzoeken via coordinaten) van Bocas Del Toro ligt. Wordt dit de plek om de uit Nederland meegebrachte Archie de Travelbug te laten uitvliegen? Wij leggen, na een hobbelige tocht over de wateren voor Bocas Town, de dinghy kosteloos bij Marina Carenero. In de bookswap vind ik nog twee mooie reisboeken voor zeer nabije toekomstige bestemmingen: Costa Rica en Bahama’s / Florida. You never know. Altijd fijn om te hebben. Als je er naar zoekt vind je ze niet. Ik parkeer ze tijdelijk op de Arubaanse motorboot Utopia, met Nederlandse eigenaren, waar we later nog wat meer Nederlands leesvoer van krijgen.

Ok, time to release Travelbug Archie. Ik activeer de Geocache in mijn app… We moeten linksaf. De geocache ligt niet ver van de marina. Bij Restaurant Cosmic Crab om precies te zijn. De hint is “Order a beer”, maar daarvoor is het nog veeeeels te vroeg. Eerst inspanning, daarna ontspanning! We willen wandelen. Achter de bar liggen twee doosjes. De laatste check-in is van vorig jaar zomer. Archie besluit ter plekke dat hij nog niet is uitgezeild. Hij wil graag verder reizen langs de Caribische eilandjes met de Blabber-crew tot hij een minder commerciële plek tegen komt… Op Roatan (Honduras) en Cuba liggen veel geocaches. Dus dat komt goed! Archie gaat een mooi eiland vinden.

Isla CareneroNa de check-in vervolgen we onze weg langs het strand. De betonnen platen zijn veranderd in een zandpad. Een prachtige route langs mooie houten (vaak te huur) huizen, onder palmbomen, door het water, langs de rotsen, over bruggetjes gemaakt van hout en palmbladeren. Het is allemaal zeer fotogeniek en de lucht strakblauw. En omdat we langs het water lopen profiteren we van een lekker briesje! Aan de andere kant van het eiland zijn de golven en komen we de eeste surfers tegen. We eten een kokosnoot en strijken neer bij Bibi’s voor de lunch. Je kunt er zelfs een GoPro huren! We zitten onder een parasolletje op een terras boven het water. Het uitzicht is prachtig. Voor ons golfsurfen ‘the next generation’ surfdudes.

Vanuit het dorpje kijk je uit op de Marina

Vanuit het dorpje kijk je uit op de Marina

Na de lunch lopen we verder. Nog een klein stukje de hoek om en dan zijn we weer in de marina. Maar niet voor we door het dorpje met oorspronkelijke bewoners lopen. Het contrast met de huizen die we hiervoor gezien hebben kan niet groter. De mensen zijn arm. Ze hebben helaas niet kunnen profiteren van het opkomende toerisme. De huizen zijn vervallen, de weg drassig en het ziet er rommelig uit. Het dorp zit pal naast ‘de strakke’ opgeruimde marina met luxe zeiljachten. Over contrasten gesproken. Als we tussen de huizen, langs de poepdoos op de steiger naar de marina kijken, zien we de jachten liggen. Bizar.

De totale wandeling duurt ongeveer 2 uur en is een echte aanrader.

Fietsen naar Point Bluff, Bocas del Toro

Bocas Del ToroWe huren voor 7 dollar een kek fietsje (met nummerplaat!) en verkennen het eiland samen met de Sylfer crew. Eerst door Bocas Town, daarna kunnen we kiezen uit twee wegen. Naar het strand Bocas del Drago, aan de andere kant van het eiland, ongeveer 13 kilometer fietsen. Of naar Point Bluff. Lekker makkelijk, we kunnen vandaag in ieder geval niet verdwalen, haha. Beiden lopen namelijk dood, dus we moeten dezelfde route terug. We kiezen voor de ruige kustroute langs de surf stranden aan de noordwest kant richting Point Bluff, omdat het vrij druk is en iedereen naar Bocas del Drago schijnt te willen.

Kleurrijke kunst van Rolo de Sedas

Kleurrijke kunst van Rolo de Sedas

Pitstop bij Paki Point

Totaal relaxed fietsen we het dorpje uit richting de kustweg. Ineens houdt de mooie weg op en gaat over in een zandpad. Ok, het is verhard dus goed te doen, en dan kunnen we niet meer fietsen. Door de hoge golven zijn stukken van het pad weggeslagen. Ze hebben er nieuw zand neergegooid, maar dat is nog niet verhard… We moeten verder lopen. Met de fiets aan de hand ploegen we ons een weg door het mulle zand. Gelukkig komen we een strandtent tegen, Paki Point. Daar kunnen we bijkomen en bedenken of we nog verder willen langs dit avontuurlijke pad… De muren zijn beschilderd door de Panamese kunstenaar Rolando -Rolo- de Sedas. Ik ben op slag verliefd op zijn manier van schilderen. Wat een kleur en vrolijkheid. Hij is een persoonlijke vriend van de eigenaresse van het strandpaviljoen en schijnt nu de wereld te veroveren met zijn kleurrijke ‘vrouwen’.

Onderweg naar Point Bluff

Onderweg naar Point Bluff

Aangemoedigd door de Italiaande eigenaresse proberen we het pad nog een stukje verder langs het strand. We moeten nog een klein stuk verder lopen, voor we weer kunnen fietsen. Daarna wordt het pad weer beter en kunnen we weer fietsen. Maar het blijft tot het einde een pad met uitdagingen. Regelmatig moet ik van mijn fiets springen om weer een stukje te lopen, omdat mijn banden blijven steken in het zand. We fietsen zelfs door een kleine rivier,. Als ik oversteek komt er net een golf binnen en verdwijn ik tot mijn knieën in het water…. Het zand is in ieder geval weer van mijn ketting gespoeld! De eigenaresse van Paki Point had gelijk, het pad langs de kust is muy lindo (prachtig)! Met rechts de zee die met zijn olas asesinos (we worden overal gewaarschuwd voor killer waves, mooi woord he?) een verwoestende aanslag doet op de weg. En links de jungle met breadfruittree, palm- en amandelbomen, waar we gewoon onder door fietsen.

In Playa Bluff hebben ze speciaal voor ons een hangmat opgehangen bij het strand, met uitzicht op de woeste golven en surfers. Relaxe! Het wordt spontaan onze nieuwjaarsgroet!

Ahhhhhh...een verdiende cerveza!

Ahhhhhh…een verdiende cerveza!

Bocas Brewery

Op de terugweg maken we een pitstop bij de lokale brouwerij. Niet te geloven. Bocas is een piepklein eilandje met zijn 25 km2 en toch hebben ze hier een lokale brouwerij! Daar moeten we een eigen gebrouwen biertje drinken. Zittend onder de boom met uit zicht op zee en de vele surfdudes & babes bestellen we een biertje. Ben krijgt een Pete’s Porter (donker biertje) en Lies en ik bestellen een blonde IPA (Indian Pale Ale). Tjonge dat is een straf biertje! De hop heeft zijn werk gedaan, het is behoorlijk kruidig en er zit een bitter nasmaakje aan. Net als de fietstocht van vandaag, mooi, maar wel een pad met uitdagingen!

Bocas Town, Isla Colon, Bocas Del Toro

Bocas Del Toro

We hebben een rustige nacht op de ankerplaats. Er staat geen golfje. Deze worden vanaf ongeveer 7 uur in de ochtend geproduceerd, als de vele taxibootjes van Almirante (vaste land waar de touringbussen aankomen) en Bocas Town weer van start gaan. Daarnaast zijn er ook veel taxibootjes die een tour verzorgen, naar Starfish Beach, het strand bij Bocas del Drago of birdeiland Swan’s Cay. Het is op het water net klein Venetie, zoveel bootjes scheuren er met ‘tig’ pk. En allemaal vol met mensen!

Tussen die vele taxibootjes varen ook nog twee ponten! Ze zijn groot. Er staan zelfs vrachtwagens op! Deze bedrijvigheid op de vroege morgen maakt nieuwsgierig. We gaan naar de kant. Van medezeilers horen we dat we de dinghy probleemloos bij Hotel Olas of duikschool LaBuga kunnen parkeren.

De Port Captain doet ook aan 'tiny' living!

De Port Captain doet ook aan ‘tiny’ living!

Naar de Port Captain

We moeten ons eerst melden bij de Port Captain. Hij zit in een blauwe container, naast de aanlegplaats voor de pont. Hij vraagt om onze inklaar papieren. Wij hebben destijds in Porvenir ingeklaard en op het papier laten zetten dat we via de San Blas, Portobelo en Colon naar Bocas del Toro gaan, onze eindbestemming in Panama. Alle papieren zijn in orde. Dan valt het oog van de Port Captain op de datum van onze inklaarstempel in Porvenir. “April? What did you do all that time?” Als we aangeven dat het hier gewoon te mooi is, schenkt hij ons een brede glimlach, neemt onze Zarpe in en alles is ok! Er zijn verder geen vragen meer of kosten aan verbonden.

Gourmet Supermarkt

Gourmet Supermarkt

Tja en daarna begint onze ontdekkingstocht door Bocas Town. Tegenover de Port Captain zit supermarkt Gourmet. We kijken we onze ogen uit. Ze hebben echt alles, van yoghurt, kaas, verse groente tot T-bone steak! We beginnen spontaan te kwijlen…  En de winkel ziet er zo netjes en schoon uit. Dwars door het stadje loopt 1 brede asfaltweg, links en rechts stikt het van de (chinese) winkeltjes, kroegjes, restaurantjes, hostals, hotels, touroperators, tatooshops, massage, yoga en/of Spaanse les, fiets- en quad verhuur en diveshops. Happy Hours, cocktails, special menu’s, arrangementen, tochten naar Costa Rica. Overal hangen prikkels. Wat een leven op straat. Backpackers, surf dudes & babes, fietsen, auto’s, bussen, taxi’s, quads en overal klinkt muziek. Dit is gewoon shocking! Sinds Cartagena de Indias hebben we niet meer zoveel drukte meegemaakt. Heerlijk al die bedrijvigheid. We kunnen ons haast niet voorstellen dat hier pak ‘m beet 15 jaar geleden nog haast niets was! Het toerisme is begonnen vanaf eind jaren ’90 toen er een weg naar de kust en een vliegverbinding kwam. Daarvoor was de archipel alleen te bereiken over het water.

Kijk die schoenen!

Kijk die plateauschoenen!

Verder telt het eiland welgeteld 1 bank! Een bibliotheek. Een internationaal vliegveld midden in het stadje (vliegt op Panama City en Costa Rica). We hebben een geweldige (Duitse) bakker gevonden (Alemagne) ! En een groenteboer met ontzettend veel keuze.

Er valt nog genoeg te ontdekken. Voorlopig vermaken we ons hier wel!

Pathfinders tussen de ondieptes in Sumwood Channel, Bocas Del Toro

'Veluwe-meer' zeilen ...

‘Veluwe-meer’ zeilen …

Het is bewolkt, grijs en grauw als we vertrekken. Buiten op zee staat nog steeds een flinke deining en we besluiten de route binnendoor via het Sumwood Channel naar het hoofdeiland Isla Colon, of simpelweg ‘Bocas’ genoemd in de volksmond, te pakken. De Bluefield Lagoon eenmaal uit buigen we af naar links richting het betonde kanaal. Ja heus, er liggen hier links en rechs boeien! Verderop wordt duidelijk waarom. Dit is een ankerplaats voor grote tankers, er ligt er eentje. We zijn mooi voor het middaguur (voldoende licht) bij de denkbeeldige aanloop naar het Sumwood Channel. Het weer is een stuk beter. Ondieptes zien we helaas alleen op de kaarten van Bauhaus. Met het blote oog zien zijn er geen kleurverschillen in het water te onderscheiden… Sjips. Dit komt waarschijnlijk door de mangrove en de regen, die het water troebel maakt.

Blabber STOP,!! De kaarten kloppen niet. Daar waar het 12 meter moet zijn is het nog geen twee meter!

Blabber STOP,!! De kaarten kloppen niet. Daar waar het 12 meter moet zijn is het nog geen twee meter!

We hebben een route uitgezet die zoveel mogelijk over de diepe stukken op de kaarten van Bauhaus loopt. Sylfer gaat voor en is een ware pathfinder tussen de ondieptes door. Totdat we ineens heel hard Blabber STOP! horen over de marifoon. Sylfer gaat vol achter uit. Blabber ook en we wachten af. Wat is er aan de hand? De kaart geeft aan dat het hier 12 meter diep is. Sylfer geeft aan dat ze twee meter zagen op de dieptemeter! De kaart klopt niet. En nu? Zoeken naar een uitweg. Langzaam varen, de kaart zo goed mogelijk blijven volgen, met een half oog op de dieptemeter. Ondertussen geef ik met markeringspunten in OpenCPN (het navigatieprogramma) de juiste dieptes aan op de kaart. Er klopt niet veel van. Er volgt weer een STOP-moment bij een ondiepte van 2 meter. Rechtdoor kan niet. Overal is het ondiep. We wijken verder naar bakboord (links) uit, op de kaart meer richting land. Het voelt onnatuurlijk, maar het gaat goed.

Volgens de kaarten varen we over land!

Volgens de kaarten varen we over land (Oranje lijn)!

Op de kaart varen we inmiddels over land naar het begin van het Sumwood kanaal. Als we het kanaal binnen varen, kunnen we rustig adem halen. We hebben links en rechts een oever en in het midden is het lekker diep. Pfff. Tijd om van de omgeving te genieten. Wow, dit kun je niet eens meer IJsselmeer varen noemen. Er staat geen golfje. Het water is spiegelglad. Het is gewoon ‘Veluwemeer-varen’! De oevers zijn vlak & groen, de zon schijnt en de reflectie van de wolken op het water is prachtig. Zoveel tinten blauw.

Sumwood Channel

Sumwood Channel

Op het kanaal wordt duidelijk ‘wat’ er met de kaart aan de hand is. De kaart lijkt een soort van ‘verschoven’, we zitten er standaard bijna een blokje naast! Het ziet er naar uit dat als we praktisch de afstand van een blokje naar links varen we de oorspronkelijke route kunnen volgen. We denken het te weten, maar eenmaal het kanaal door is het best lastig om standaard de afstand van een blokje links aan te houden… De vaste oever is weg. Overal liggen eilandjes en ondieptes volgens de kaart. Zoek daar maar eens een route met een afwijking naar links tussendoor. We schieten regelmatig van 12 meter in een nano seconde naar twee meter. We zoeken ons rot naar de juiste weg … nou ja de Sylfer dan voor het grootste gedeelte, voor we in dieper water komen en naar Isla Colon doorvaren.  Gelukkig hebben we rustig weer!

Aan het einde van de middag komen we aan bij de ankerplaats naast Bocas Marina voor Isla Colon/Bocas. Er liggen niet eens zoveel schepen. Naast zeilboten ook een paar motorboten. En we zien een oude bekende, La Paloma uit Duitsland. Tijdens ons beziek aan de San Blas hebben we van hun een aantal vervolgtracks voor in OpenCPN gekregen. Nou, wij hebben een nieuwe track voor hem: door het Sumwood kanaal 🙂 We laten ons anker vallen als laatste in de rij. Na zo’n heftig tochtje hebben we wel een cerveza verdiend!

Wil je de track met de diepte-markeringspunten door het Sumwood Channel graag hebben? Stuur ons dan een berichtje en wij sturen het per email naar je toe!

Laatste dag Bluefield Lagoon, Bocas Del Toro

Het is hier altijd wasdag...

Het is hier altijd wasdag…

Ok, nog een blogpostje vanuit Bluefield Lagoon dan. Het is hier ook zo mooi. We hebben de hele baai gezien, zijn zelfs naar buurdorp Kusapin gelopen, maar Punta Alegre, het dorp waar we al een paar dagen voor anker liggen, hebben we nog niet bezocht. We kunnen natuurlijk niet vertrekken voor we dit ook gezien hebben.

We parkeren de dinghy op het strand en lopen via het strand naar het dorpje aan de andere kant van het schiereiland. Overal hangt de was buiten. Het is hier eigenlijk alle dagen wasdag, We kunnen geen dorp binnen lopen, of de was hangt wel buiten. Hier hangt het dwars door het hele dorp en we moeten zelfs bukken om onder de lijnen met onderbroeken door te lopen, tot grote hilariteit van de dames die ons bekijken vanuit hun raampjes in de houten huisjes. Het dorp is vrij klein. Er staat alleen een schooltje met twee klaslokalen voor de kleuters. Midden in het dorp staat ook een openbare telefoon. Hij werkt op de sateliet. Maar het lukt ons helaas niet om naar huis te bellen. Waarschijnlijk werkt het alleen binnen Panama.

Dat 'stukje hout' is voor op het vuur om te koken

Dat ‘stukje hout’ is voor op het vuur om te koken

Als we verder langs het strand lopen horen we iemand flinK zagen. Op onze terugweg komt hij tevoorschijn uit het bos met een enorm stuk hout op zijn schouder. Het is voor de gezamelijke keuken. ‘Mira’, we lopen achter hem aan.

De gemeenschappelijke keuken

De gemeenschappelijke keuken

In de keuken koken drie giebelende vrouwen de maaltijd voor het hele dorp. De vloer ligt bezaaid met schillen van kokosnoten. Op tafel staan onder een doek broodjes te rijzen. We bestellen er een paar. Via de naastgelegen eetruimte vervolgen wij onze weg retour boot. Tegen het vallen van de avond komt de man, in nette kleren met een Panama hoedje op, in zijn kayucko aanpeddelen met een emmer vol verse warme broodjes, gewoon en dulce (zoet) met kaneel. Slim, we nemen er veel meer dan besteld. Het ruimt zo lekker!

Verdwalen in de jungle bij Kusapin, Bocas Del Toro

Follow het betonnen pad....

Follow het betonnen pad….

Aan het einde van de baai in Ensenada de Punta Avispa ligt een steiger waar we onze dinghy kunnen neerleggen als we naar het strand Playa Uva naar de andere kant van het eiland lopen. Er staat wel een man met bonnenboekje klaar: 5 dollar per persoon?!! Dat meen je niet. Om over een pad te lopen? Het moet niet gekker worden. Het is een betonnen pad van ongeveer een meter breed, dwars door de bananen- en cacao plantages. Prachtig. Aan de andere kant komen we uit bij het strand Playa Uva. Het is ruig en er staat een flinke branding. De golven beuken op de kust. Boven het strand hangt nevel.

Achter de koeien aan door de rivier...

Achter de koeien aan door de rivier…

Voor ons loopt een Panamese familie. Ze zijn onderweg naar Kusapin. Een dorp dat je alleen kunt bereiken via de kustweg of over het water. Volgens zeggen ongeveer een half uurtje lopen… Daar hebben we wel oren naar en we volgen de familie. Nou is het pad zonder de familie ook makkelijk te vinden hoor. Het loopt gewoon langs kust over het strand, door een klein riviertje en soms onder de amandelbomen door. Onderweg passeren we een klein omheind dorp. We stappen naar binnen via een klein houten koebruggetje en denken dat we in Kusapin zijn. Qua tijd klopt het wel zo ongeveer. Maar nee, Kusapin is veel verder en groter volgens de familie Die we volgen. Een half uurtje wandelen blijkt toch gauw twee uur! We moeten nog een keer de heuvel op en kijken dan uit op het dorpje Kusapin. Qua omvang inderdaad een groot dorp. We vervolgen onze tocht naar beneden. De familie raken we kwijt.

imageIn het dorpje komen we langs een balkonnetje waar de blauwe wolken van af komen. Er staat een vrouw achter een vuur van hout en het omhulsel van de kokosnoten. Ze is brood aan het bakken. Aan de andere kant van het huisje zit het bijbehorende winkeltje en we kopen een paar verse broodjes. Zowel onze neus- als smaakpapillen worden geprikkeld. Je ruikt en proeft het hout/kokosvuur. Heerlijk!

Kusapin

Kusapin

Midden in het dorp staat een grote school, met wifi en in het koepeltje met vrij apatische ‘hangjongeren’ proberen we wat te posten. Het gaat zeer moeizaam. En we moeten door! Het is zeker nog twee uur terug lopen naar de boot via de jungleroute. En willen we het nog een beetje kunnen vinden allemaal, dan hebben we op z’n minst licht nodig! Maar welke kant moete we op voor het junglepad naar Punta Alegre? We vragen het de lokale jongens in ons beste spaans… Ze kijken ons glazig aan… Dit ritueel herhaalt zich bij iedereen in het dorp waar we de weg aan vragen. Alsof ze zich afvragen “wat moet dat stelletje toeristen met witte shirtjes en teva’s in de jungle?” We vinden zelf het cementenpad terug aan de andere kant van het dorp. Maar al gauw komen we op een knooppunt… Het is niet duidelijk of we links- of rechtsaf moeten… Een paar vrouwen die staan te koken roepen dat we linksaf moeten. Ok en weer door…. Weer een knooppunt… Ook hier worden we door iemand geholpen. Had ik al verteld dat het pad inmiddels een zandpad is, nou beter gezegd een blubberpad van rode modder dat steil omhoog loopt… Tijdens de klim glibber en glij ik alle kanten op. Regelmatig sta ik naast mijn schoenen!

Ben the jungleman!

Ben the jungleman!

Als we een half uurtje lopen te zwoegen door de jungle komt een man uit het dorp Kusapin ons achterop lopen en geeft aan dat hij ons naar de andere kant brengt. Zeer aardig, maar hij geeft ook aan dat het nog zeker drie uur lopen is naar Punta Alegre. En het pad wordt niet beter. Het blijft een blubberpad dwars door de jungle, op en neer over de bergen!! Uhhhh… ok, ik houd van avontuur en mijn favoriete uitspraak van Loesje is “Ga je mee verdwalen, ik weet de weg”, maar dit wordt niet alleen een wedstrijdje tegen de tijd & invallende duisternis maar ook tegen ons zelf. Dit gaan we niet redden… We keren om! Godzijdank! En pakken het bekende pad van de heenweg terug. Dat loopt een stuk relaxter en mocht het donker worden, dan kunnen we makkelijk de weg terug vinden naar de dinghy.

De kinderen spelen met oude frisdrankdoppen op het betonnen pad

De kinderen spelen met oude frisdrankdoppen op het betonnen pad

Tijdens de afdaling worden we opgelopen door een familie met twee kinderen die net van hun kostgrondje komen. Op hun rug dragen ze allemaal een net met bananen, een fles water en een machete. Soepel lopen, nou ja springen is een betere omschrijving, ze naar beneden. De vader van het stel wijst nog even op onze schoenen. “Not good!” Ja, daar waren we zelf ook al achter. Jaloers kijk ik naar zijn laarzen die wel grip geven als hij zich zo soepel als een hinde de berg af naar beneden beweegt…. Eenmaal terug op het cementen pad in het dorp -Yeah!- neemt Ben het net met bananen over van het jongetje van een jaar 11. Het is loeizwaar, rond de 25 kilo. Ongelofelijk dat hij daarmee zo makkelijk die blubberige berg met het smalle pad af kan lopen Het is zo fijn om weer op het cementen pad te staan. Vanaf hier weten we de weg! We ruiken de stal en binnen twee uur zijn we terug bij de dinghy’s, ruim voor zonsondergang!

Op dinghysafari door Bluefield Lagoon, Bocas Del Toro

Bluefield lagoon bocas del toroOk, We beginnen vandaag even met een zijstapje voordat we het avontuur weer induiken. Zoals jullie merken bewegen we weer. Het hurricane seizoen is voorbij en we kunnen op ontdekkingstocht. Voor we verder naar het Noorden zeilen bezoeken we eerst de eilanden archipel Bocas Del Toro aan de Caribische kust zo ver mogelijk naar het noord/westen in Panama, grenzend aan Costa Rica. Floortje Dessing is hier onlangs bij de Floating Doctors (een mooi initiatief trouwens) geweest met haar reisprogramma ‘Floortje naar het einde van de wereld’ en deze aflevering geeft een goed beeld van wat we hier zien. Vele anderen gingen haar voor en dat levert een mooi mengelmoesje van bewoners op. Een klein stukje geschiedenis. Colombus is hier op zijn vierde reis in 1502 geweest. Daarna volgden de piraten. Veel later arriveerden de rijke aristocraten met slaven. En daarna kwam de United Fruit Company die veel Jamaicanen aantrok. Nu is Chiquita een van de grootste leveranciers van bananen aan o.a. Nederland. Dus als je een banaantje eet is de kans groot dat deze uit Bocas del Toro komt!

Kayucko

Kayucko

Bocas del Toro is een archipel met vele eilandjes voor de kust van Panama. Enkelen zijn bewoond, zoals Isla Colon, het hoofdeiland dat samen met Bocas del Toro Town ook gewoon Isla Bocas wordt genoemd, Isla Bastimentos en Carenero. De mensen zeggen zelf gekscherend dat ze hier twee (weer) seizoenen kennen: wet and wetter! Dat beloofd wat! In Bluefield Lagoon wonen voornamelijk Ngobe-Bugle Indianen. De oorspronkelijke bewoners. Ze hebben qua uiterlijk veel weg van de Guna Yala in de San Blas, de vrouwen dragen alleen niet van die mooie kleurrijke traditionele kleding. De indianen hebben ook autonomie, ze spreken naast hun eigen taal goed spaans en de huizen staan op palen en worden gemaakt van houten planken. Electriciteit en zonnenergie zien we hier nog niet zo veel. En de houten kano heet hier een Kayucko. Het grappige is dat kinderen vaak een kleinere aangepaste kayucko hebben.

Bluefield LagoonNu terug naar de Lagoon. Bluefield Lagoon is aardig groot en er grenzen heel wat kleine dorpjes aan het water. Alles ligt echter binnen dinghy afstand. Terwijl we met de dinghy de lagoon rondvaren spotten we  twee mooie houten huizen op palen aan het water. Nieuwsgierig varen we er heen, zodat we meteen kunnen schuilen tegen de naderende regenbui. De vrouw des huizes komt naar buiten en staat wel open voor een praatje. Ondertussen mogen we onder haar dak schuilen. Het water komt met bakken naar beneden. Onze boten zijn niet meer te zien.

Bluefield LagoonHet huis is vijf jaar geleden door haar inmiddels overleden man gebouwd. Onder het huis liggen de kayucko’s, houten kano’s. Terwijl we daar zo aan de steiger hangen, komen twee kleine jongetjes aan peddelen in een mini kayucko. Ze vinden onze dinghy wel interessant. Er zit lucht in en het is niet zo hard constateren ze als ze er op slaan. Al gauw zitten ze op een van onze tubes te wippen. Wow, het veert mee! Ondertussen zingen we samen met ze Cumpleanos Feliz in de stromende regen voor de jarige Gerard van de Sylfer. Haha, als ik ons zo zie hangen aan de steiger van deze vrouw realiseer ik mij, dat we niet veel verschillen van de kayucko’s met mensen die regelmatig bij ons aan de boot hangen om een praatje te maken!

Als de regen stopt nemen we afscheid en varen verder, naar het volgende huis aan de baai. Op de steiger staat een jongetje van een jaar of 12 dat heel goed engels spreekt. Hij komt uit Bocas del Toro en logeert tijdens de vakantie hier bij zijn oma die ook een praatje komt maken. Zij woont hier permanent. Ze verbouwen naast het huis groente en fruit en ze schenkt ons twee soorten bananen als we weg varen.

Bluefield LagoonAan de overkant ligt het dorpje Bahia Azul. We leggen aan bij de steiger van de plaatselijke kroeg. Dit is wel een hele bijzondere kroeg waar je geen last krijgt van keuze stress. Ze hebben namelijk maar twee smaken: bier of rum. Frisdrank kennen ze niet, daarvoor moet je bij de buurman zijn. Terwijl we ons biertje drinken wordt de generator gestart en gaat de muziek en disco verlichting aan. Aan het einde zit een klein aanbouwtje boven water, omgeven door blauw zeil. In het midden van de houten vloer zit een gat en er naast hangt een kraantje. De WC!

Bluefield LagoonVia de steiger lopen we naar het dorp. De huizen liggen wijd verspreid en zijn allemaal gebouwd op palen. Het is duidelijk wasdag, overal waar we kijken hangt was en in de rivier in het midden van het dorp staan twee vrouwen met kinderen te wassen. De kleding wordt met een noodgang op een steen in het water gesmeten. Onze t-shirts zouden deze ‘mishandeling’ niet overleven. Iemand een idee waarom men zo gooit en smijt met kleding tijdens het wassen?

Waarom gooien ze was zo hard op een steen?

Waarom gooien ze was zo hard op een steen?

We lopen over het drassige gras naar het midden van het dorp, waar een vrij grote school staat. Ze hebben er zelfs wifi! De kinderen hebben tot 1 februari grote vakantie en de school is nu dicht. Voor de school zijn de jongens, die gisteren nog bij ons aan de boot hingen, een potje aan het voetballen en Ben speelt een rondje mee. Dat valt niet mee op die drassige ondergrond. Zijn benen zijn besmeurd met rode modder als hij stopt.

Zo maar een rondje Bluefield Lagoon!