Mooi zeiltochtje van St. Kitts naar Montserrat

Montserrat in zicht!

Montserrat in zicht!

Om 8 uur halen we ons anker op en vertrekken naar Montserrat een tocht van iets meer dan 40 mijl. Met gereefd grootzeil en genua verlaten we de ankerplaats en kunnen we het eerste stuk om het eiland heen mooi zeilen. Om het eiland heen zien we in de verte een paar donkere wolken die veel wind met zich mee brengen, maar geen regen! We varen om de verlaten en door verschillende zelfbenoemde koningen is opgeëiste rots Redonda heen. Het is hier ongeveer 10 meter diep en er liggen boeien! Wat later passeren we de twee bijbehorende vissersbootjes, formaat badkuip, die druk bezig zijn om op deze wiebelende oceaan netten binnen te halen. Onvoorstelbaar. Wij hobbelen al enorm op de Blabberboot, moet je je voorstellen dat je in een klein open bootje midden op zee moet staan! Respect voor deze mannen.

We lopen bijna 120 graden en kunnen tot 2 uur voor het eiland Montserrat blijven zeilen. Daarna moet de motor bij om de ankerbaai Little Bay aan te lopen. Er liggen nog 5 andere schepen voor anker en we parkeren de Blabberboot als laatste op rij op 9 meter diepte en gepaste afstand van het strand. Daarna bak ik nog snel twee broden en maak spinazie wraps voor het avondeten.

We liggen heel rustig, er staat geen wind en we horen de geitjes blèren op de kant.

Komt een zeester voorbij drijven….

Drijvende zeester langs de Blabberboot

Drijvende zeester langs de Blabberboot

Het is vandaag Hemelvaartsdag  en we besluiten een dag te blijven liggen en ons zelf te trakteren op een bezoekje aan de Private Club The Pavilion, van Christophe Harbour. Even kijken hoe ver het project vordert. In de haven zijn ze druk bezig. Er ligt geen boot meer en de steigers zijn aan de kant geschoven om plaatst te maken voor baggerschepen.

Zeg nou zelf, dit kan toch zo de vakantiefolder in?

Zeg nou zelf, dit kan toch zo de vakantiefolder in?

In het Pavilion is niets veranderd. Nog even stijlvol. Het is er alleen een beetje rustig. Maar we kunnen er prima schuilen tegen de regen en we worden hartelijk ontvangen en welkom geheten met een hand! Als we afrekenen weten we waarom, maar dat ter zijde. Het blijft een mooie plek met een infinitypool en uitzicht op het strand en de Atlantische oceaan.

We gaan weer verder naar het zuiden

De tamarinde in a brown paper bag

De tamarinde in a brown paper bag

We maken de boot alvast klaar voor vertrek. Ik duik te water met mijn snorkelspullen en wrik op 5 meter diepte het hekanker uit de grond, zodat Ben hem op kan trekken. De boot begint meteen weer als een gek te rollen, dus het anker heeft zijn werk goed gedaan.

Ik duik ook nog twee sanddollars op! Daarna gaan we naar de kant om uit te klaren bij de douane. We vullen weer een formulier in, we krijgen de stempels en een vertrekpas en ze weet niet wat we verder nog moeten doen. Maar ons stond nog bij van de vorige keer dat we langs de dame van de haven moeten. Het havengeld is 15 dollar. En bij Stenapa betalen we 30 dollar per week voor gebruik van de mooring. Dit geld hadden we trouwens ook moeten betalen als we hadden geankerd! Je betaald gewoon omdat je in het National park ligt.

We schudden onderweg naar mijn ouders nog een zak vol Tamarinde peulen uit de boom. Daarna brengen we de auto terug en drinken nog een laatste bakje Nespresso. Dan is het tijd om afscheid te nemen. Elke keer weer moeilijk. Rond half 12 uur gooien we los van de mooring en varen weg uit de baai van Statia. In de haven staan mijn ouders ons uit te zwaaien en Mieke en Tom staan op het balkon driftig te zwaaien met een grote doek. Snif.

 

Halo om de zon

Halo om de zon

Een kring om de zon, water in de ton
Helaas is St. Kitts niet bezeilbaar en motorzeilen we naar de baai van White House Bay. Onderweg worden we getrakteerd op een fenomeen dat wij nog niet kennen, een Halo om de zon. Even speuren op het web leert ons dat het geen bijzonder verschijnsel is en dat je dit wel elke twee a drie dagen in Nederland kunt zien (reizen we daar helemaal voor naar de Carieb?)!

Salt Plage

Salt Plage

We laten ons anker rond half 5 vallen in de rustige White House Bay op St. Kitts. Er liggen nog 4 andere boten voor anker. Op het strand is een luxe strandtent in aanbouw, Salt Plage, dat ook bij Christophe Harbour hoort, het project dat we vorig jaar nog hebben bezocht. Het is niet echt Caribisch, je kunt het in elk land tegen komen, maar er staan palmbomen en het is wel prachtig gemaakt van o.a. golfplaten die je wel veel ziet op de caribische eilanden. Het ontwerp is van John Denton Haley.

We sluiten de avond af met een prachtige zonsondergang.

Zonsondergang in White House Bay

Zonsondergang in White House Bay

The Islands that brush the clouds

Als Doyle het in zijn pilot heeft over ‘The Islands That Brush the Clouds’, dan bedoelt hij hiermee Statia, St. Kitts & Nevis, Saba en Montserrat. Allemaal eilanden die steil en hoog boven het water uitsteken en de wolken met hun top kietelen. We zijn deze keer niet langs Saba geweest, maar als je naar de foto’s van de andere eilanden kijkt snap je waarom.

St. Eustatius is het laagste eiland van deze eilandengroep. St. Kitts de hoogste. En daar liggen we nu voor. In White House Bay, een geweldig mooi baaitje om de hoek bij Base Terre, de hoofdstad. We hebben deze keer enorme last van valwinden en het kost ons zelfs een los zonnepaneel! Hij lag los op het voordek en de valwind kieperde hem zo zonder pardon over boord. Tjongejonge, dat hadden we niet verwacht. Die dingen zijn best zwaar. We waren er stil van. Het zonnepaneel lag helaas net te diep en we konden er met snorkel, flappers en duikbril niet bij. In de baai lagen op dit moment ook geen andere boten die ons misschien zouden kunnen helpen. Na een leesbril, spatel, washandje, schroevendraaier en oranje broek, deed deze donatie aan het water ons toch wel het meeste zeer!

Even een tussenstop op Nevis

We gaan als de brandweer! De zeiltocht naar Statia is geweldig, een machtig mooi windje uit het oosten! We redden het alleen niet om voor het donker in Statia aan te komen. En aanlopen in het donker doen we nou eenmaal niet, dus we besluiten een tussenstop in Nevis maken…. In de eerste instantie met de gedachte de volgende morgen door te varen…. Maar kan dat wel zonder in- en uitklaren? In principe lig je verankerd (nou ja aan een mooring dan) en moet je dus inklaren. Maar is al dat gedoe nodig als je ’s avonds aankomt en de volgende dag weer verder wilt? We twijfelen.

Na een nachtje slapen besluiten we ons netjes aan te melden en klaren we de volgende morgen in. Het inklaren gaat razend snel. Ze zitten in de haven in de Cotton Ginnery met 3 deurtjes naast elkaar (Douane, Immigration en de Port Athority voor het betalen van de mooring) en we kunnen meteen in- en uitklaren. Je kunt hier 24 uur van te voren uitklaren. We hebben uiteraard nog wel even nagevraagd wat er was gebeurd als we waren doorgevaren zonder in- en uitklaren…. Niets!! Ze tollereren het. Ze waren niet achter ons aangekomen!

Gelukkig worden we door ons goede gedrag toch nog beloond met een glimp van het eiland Nevis. Het is een leuk eiland, de mensen zijn vriendelijk en binnen no-time hebben we al drie vistiekaartjes te pakken van een private chef (komt koken aan boord), de zingende taxichauffeur en een Duitser die graag met ons mee wil zeilen naar Statia. Daarnaast spreken we nog met Ken, de gepensioneerde handy-man, Cleveland die we de volgende keer moeten bellen want dan geeft hij een rondleiding en Mister Sunshine van de Sunshine-bar, thuisfront van de Killerbee rumpunch! Lekker…

We komen hier zeker terug!