We blijven voorlopig even liggen. Verder op zee (ter hoogte van Cartagena en daarboven) waait het erg hard en daardoor zijn de golven ook hoger dan normaal. Naar de San Blas eilanden varen we aan lager wal en willen we liever iets rustiger weer hebben. Dus we blijven zeker een klein weekje liggen, totdat de golfhoogte iets afneemt.
Gelukkig is hier genoeg te doen. Vanuit Sapzurro kunnen we een aantal wandelingen maken. Vandaag gaan we samen met de Sylfer en Cornelis naar het iets grotere buurdorpje Capurgana. Het ligt een baai verder de baai Golf van Urbana in. We leggen de dinghy achter de boot op het zandstrand vast aan een palmboom. Het zandpad naar Capurgana loop vlak langs het strand. We stappen door een geïmproviseerd hek en hoeven alleen nog maar het pad naar links te volgen. De tocht duurt ongeveer een uur, maar wij doen er door alle stops en mooie uitzichten veel langer over. Tranquillo, we hebben de tijd! Eerst maar naar boven. Een beste klim. Gelukkig is er veel afleiding.
Eenmaal boven worden we getrakteerd op een geweldig uitzicht op de baai waar de Blabberboot ligt. Iets verder de berg over, kijken we uit op de baai van Capurgana. De tocht gaat nu alleen nog naar beneden.
Onderweg passeren we palmbomen, bananenbomen, dikke vette spinnen met groen lijf en gestreepte poten in een zeer ‘taai’ spinnenweb…. Brrr, kijken kijken, niet aankomen.
Aan het einde steken een klein riviertje over, het regent in deze tijd haast niet dus het is een klein miezerig stroompje, en we lopen we langzaam het kleine dorpje binnen. Links en rechts staan keurige betonnen huisjes met hekwerkjes. Alle deuren staan open. Bij het eerste het beste winkeltje kopen we wat te drinken. Ze weet niet precies wat ze heeft en opent de koelkast zodat we mee kunnen kijken. Uiteindelijk heeft ze van alles maar eentje en drinken we allemaal wat anders. Terwijl we op de hoek gaan zitten en genieten van de koude frisdrank kijken we om ons heen. De wegen zijn zandpaadjes. Boven ons hangt een spandoek met Feliz Navidad! Het is ‘druk’ op deze hoek. De meeste mensen verplaatsen zich voornamelijk te voet met een paraplu tegen de zon, maar er komt ook een paard, ezel & kar, brommer, fietser, zelfgemaakte rolstoel en bakfiets voorbij.
We lopen verder richting het centrum. Passeren een voetbalveld, airstip (midden in het dorp!!), een goede bakker (met heerlijke broodjes!!) en kruidenier waar we tomaten en gekookte bietjes kopen. Ja echt, gekookte bietjes!!! Lekker, dat is lang geleden. Nog dichter bij het centrum veranderen de zandpadjes in kinderkopjes en betonnen platen. Het wordt hier ook meer toeristisch met diverse hostels (het is een backpackers city), souvenirwinkeltjes, restaurantjes en barretjes. Aan de waterkant pakken we een lancha rapida (snelle motorboot) terug naar Sapzurro. Terwijl we staan te wachten op de pier zien we de lancha’s ploeteren door de hoge golven en vertellen ze ons dat er net nog een lancha in de golven was omgeslagen… Slik, daar gaan wij ook doorheen… Iedereen die aan wal stapt is kletsnat! Het ziet er naar uit dat we NIET droog gaan over komen. Heeft iemand een vuilniszak? Bij de winkels vragen ze inmiddels grof geld. Gelukkig doneren een paar Amerikanen, die net zijn aangekomen, hun oude zak aan ons en kunnen we onze spullen opbergen en beschermen tegen opspattend water.
De one way naar Sapzurro kost 7000 pesos. Afdingen lukt voor geen meter. Ze zijn niet te vermurwen. Ook niet voor een groepsdeal. Tja, niet geschoten… Onze snelle lancha met ongeveer 5 bankjes waar 3 personen naast elkaar kunnen zitten arriveert. Wat zou de meest droge plek zijn? We krijgen niet veel tijd om na te denken. De boot hobbelt tegen de kade en we moeten snel voor in instappen. Hup, natte zwemvesten om. We krijgen nog een ingeving en stoppen op het laatste moment onze schoenen en Ben zijn shirt nog in de vuilniszak. Voor we het weten geeft El Capitaino gas en knallen we met 40 pk dwars door de branding langs de kust naar Sapzurro! Wow. Zout water spat links & rechts omhoog. Niet veel later zijn we van boven tot onder zeiknat! Het is een dolle rit. Je zou hier eigenlijk voor betaald moeten krijgen! Omdat de boot lang en smal is klappen we op de golven. Ik kom zelfs los van de zitbank en houd me krampachtig vast aan de zitbank voor ons. Later probeer ik zelfs de klappen van de golven op te vangen door omhoog te gaan en mee te geven. Een rodeorit op een mechanische stier is er niets bij!
Uiteindelijk duurt het maar 12 minuten. Wat een maffe rit. Maar stiekem ook wel kicken! We leggen aan bij de pier van Sapzurro. Als we achterom kijken zien we dat iedereen even nat is geworden. Er zijn geen droge plekken in de lancha! Aan het einde van de pier staat gelukkig een kraan (dit had al een waarschuwing moeten zijn!), daar kunnen we het zoute water afspoelen. Alle spullen zijn droog gebleven. De vuilniszakken hebben hun werk gedaan. We hebben wel een biertje verdiend!